Een beschaafd kusje. Ofwel: de lippen raken elkaar en de tongen blijven binnenboord. We zien het op tv, terwijl we op de bank zitten. En natuurlijk kan ik het niet laten en vraag ik aan Isabel: ‘Goh, wat doen ze nou?’
Ze draait haar hoofdje naar me toe en zegt gedecideerd: ‘Klapzoenen.’
We zitten nog steeds op de bank en kijken inmiddels naar Shaun het Schaap. We zien een kraai op een balk zitten, op de hooizolder. En weer vraag ik: ‘Wat is dat voor vogel volgens jou?’
Ze blijft geconcentreerd naar de tv kijken en zegt ondertussen: ‘Een kraakvogel.’
Bewondering voor hun woordgebruik
Klapzoenen en kraakvogels. Geniaal dat kinderbrein en hoe ze spelen met taal. Ik schrijf de gevleugelde uitspraken van onze kinderen op (ok, het gebrabbel van Josefien nog niet). Voor elk kind heb ik een speciaal schrift met een harde omslag met daarop hun foto. En ik besef: het is te lang geleden dat ik iets heb opgeschreven. Dat wil ik meer aandacht geven, omdat we hun quotes anders weer vergeten. Ik kijk met bewondering hoe vrij en ongedwongen mijn kinderen woorden geven aan de dingen die ze ervaren. Nog niet gehinderd door sociale wenselijkheid, verwachtingen, of (beperkende) overtuigingen.
Isabel is drie en ze is mijn leermeester, terwijl we samen tv kijken.
Tekst: Kristel Veltkamp
Beeld: Pixabay.
Geef een antwoord